De aanleiding geeft rust

Foto van Ronald Heidanus

Ronald Heidanus

De aanleiding geeft rust

Wanneer ik de koffiekamer uitloop, hoor ik ergens in de verte iemand schreeuwen. Zelf werk ik nog niet zo lang op deze school, maar lijk deze stem wel te herkennen. En ergens baal ik. Want zo passeerden er tijdens de start van het schooljaar, tevens mijn start, wat namen de revue. In diezelfde koffiekamer luisterde ik toen naar verschillende namen, gevolgd door wat men opvallend in gedrag vond. Zelf kon ik nog geen vervolgvraag stellen omdat ik de kinderen simpelweg nog nooit gezien of ontmoet had. En zo werd ook zijn naam genoemd. En nu, zo al schreeuwend, zou hij zomaar zijn gedrag kunnen bevestigen. Zie je wel!?

En dat terwijl ik hem vanaf het begin van het jaar tot nu, zo enorm heb zien groeien!? Na zijn eerste ‘toetsen’ (lees: mijn grenzen verkennen) mocht ik, zonder dat we dat woordelijk met elkaar afspraken, door hem heen prikken. Soms benoemde ik in het voorbij gaan even een feitelijkheid van wat ik hem zag doen. Gefragmenteerd bevroeg ik hem over wat hem te doen stond, zijn plek in de groep en de tijd die hij dacht nodig te hebben om aan zijn taak te werken. Alles met de intentie hem te motiveren zichzelf te reflecteren. De groepsleraar bedde het in binnen de richtlijnen in de groep.

Ergens baalde ik dus. Dit omdat ik juist hem twee weken geleden in de wandelgang staande hield. Ik vroeg hem hoe het écht met hem ging. Een trotse ‘goed’ volgde, en de sprankeling in zijn ogen verklapte zijn gevoel van competentie. Hij zag mijn glimlach en kon al voorspellen welke vraag ik mogelijk zou stellen. Hij vervolgde zelf, zonder dat de vraag gesteld hoefde te worden: “Het lukt me beter om mezelf te concentreren, én mijn werk af te maken,” besloot hij stevig. In de koffiekamer bevestigde de groepsleraar het verschil met eerder in het jaar en de tijd daarvoor. En hoeveel weken hebben we nu gehad? Het zou zelfs kunnen betekenen dat er zomaar een ‘meer in zijn mars’ in zou kunnen zitten. Dat het gedrag aan de naam van een tijd geleden plaats maakt voor trots en geloof in eigen kunnen…

Maar nu even niet. Het schreeuwen blijft aanhouden, en daarom besluit ik op het geluid af te gaan. Hoog in zijn emotie lijken de vragen die hem gesteld worden te dicht bij zijn staat van arousal te liggen. Het ziet er boos uit. Geëmotioneerd. Hij legt op hoge toon uit gefrustreerd te zijn! En in zijn legitimeren lijk ik ergens schaamte te bespeuren. Maar ook al lijkt hij zichzelf dus al gereflecteerd te hebben, het lukt hem maar niet (zelf) om te landen. Te aarden. Rustig te worden.

Niet opeens, maar de vraag naar de aanleiding was het die hem rustiger maakte. Zijn uitleg nog steeds met dezelfde snelheid als die van een sneltrein. Een sneltrein die ons begrip en hem begrijpen als eindstation lijkt te willen hebben. Uitleggen van wat er buiten hem ligt als argumenten, om maar niet te hoeven raken aan schaamte, of schuld of misschien wel de angst voor een oordeel. Het oordeel van wat hij wéér fout heeft gedaan. Het oordeel van de leraar tegenover hem of de medeleerlingen en leraren eerder buiten die zomaar van alles van zijn gedrag zouden kunnen vinden.

Door de vraag naar de aanleiding te stellen, wordt ineens duidelijk waar er grenzen zijn overgegaan: Waar zijn grenzen zijn overgegaan. Waar hij grenzen van anderen is overgegaan. Maar door hier snel overheen te willen, rest niets anders dan aan de noodrem te trekken. Stop even! Even een stuk terug. Waar begon alles?

Met het verkennen van dit moment verklaart de eerder nog zo emotionele jongen zijn intenties. Maar ook zijn verlangens. De wens om samen te gaan voetballen, twee teams te willen maken. Op de vraag of deze zijn gedeeld, antwoordt hij ontkennend. Sterker, er was een ander kind die voor het kunnen delen de bal al uit zijn handen sloeg. En. Hij voelde zich door deze actie niet alleen niet serieus genomen, maar ook nog eens uitgedaagd. Dat moment maakte zijn grens merkbaar. Voor hem. Want zijn grenzen delen lijkt nog een brug te ver. En daarmee hebben we precies hét startmoment van dit fenomeen te pakken. Het moment waarop zijn nog onhandig gedrag zicht- en merkbaar werd voor iedereen. Zonder constructieve woorden nog, want er werd wel wat gezegd… En tegelijkertijd wordt de oplossing van het probleem helder: grenzen leren aangeven! Zo simpel en tegelijkertijd complex.

Want wat als hij op dít startmoment een andere keuze had gemaakt, was dan alles gebeurt zoals het nu verlopen is? Met een zuchtende ‘nee’ neemt rust de plaats in van frustratie en neemt volwassen communiceren de plaats in van schaamte, boosheid en onmacht.

Vanuit het nieuwe perspectief, het lege onbeschreven blad verkennen we de opties die hij had kunnen nemen. Als eerste benoemt hij het ‘naar de juf of meester toegaan’. Ja, de ogenschijnlijk meest makkelijke stap. Maar is de leraar ook beschikbaar? Luistert en doet de leraar er ook iets mee? Lukt het de leraar om grenzen te zien of ze zelfs te voorspellen? Lukt het de leraar om het kind te lezen, zonder dat eigen aannames of angsten hierin leidend zijn? Dus lukt het om perspectief te nemen? En lukt het dan om vanuit het perspectief van het kind volwassenheid te voorleven?

Als tweede, en dit tekent zijn intelligentie, benoemt hij dat hij zijn grenzen zou kunnen aangeven! Niet precies met deze woorden, maar hij is wel voornemens om de volgende keer tegen de ander te zeggen dat hij het niet fijn vindt: dat de bal uit zijn handen wordt geslagen. Dat hij het niet fijn vindt dat er niet naar hem geluisterd wordt. Op de vervolgvraag, wat als de ander niet luistert, maakt hij duidelijk dat hij dan de eerste mogelijkheid gaat toepassen. Uit de situatie stappen en naar de juf of meester. En zo heeft de jongen twee eerste mogelijkheden waarmee hij kan oefenen om zijn grenzen aan te geven. Twee mogelijkheden om een ontsnappen uit de situatie in te zetten, wat hem overzicht en inzicht zou kunnen gaan opleveren.

Vanuit rust hebben we mogelijkheden of noem het de nieuwe perspectieven verkend. Vanuit rust hebben we het startmoment waarop het conflict en het onveilige moment ontstond geanalyseerd. Vanuit rust is er gereflecteerd. En dit kan niet anders dan door eerst naar de aanleiding te gaan! Want dáár zit het leermoment. De school is geen oefenplaats als er niet met enige regelmaat fouten gemaakt mogen worden. En dat deze fouten worden gezien en samen geanalyseerd. Zolang we iets vinden van de fouten of het gevolg van wat dit met zich meesleept, blijven we ver weg van leermomenten. Blijven we schuld, schaamte en oordelen in stand houden. Of rijden we er met de sneltrein aan voorbij, om er maar niets mee te hoeven als leraar. Maar vertraag, zet emotie in als ervaringskennis, blijf uit het vinden van, blijf uit het extern attribueren, en maak eerst weer contact met de aanleiding om vervolgens door te vragen en te zoeken naar nieuwe mogelijkheden. Samen. In wederkerigheid. Om vervolgens te gaan kijken wat allemaal hersteld moet worden. En hoe er verantwoordelijkheid gepakt wordt om alle gevolgen te herstellen en goed af te hechten.

De aanleiding geeft rust, nieuwe perspectieven, inzichten én uitzicht!

Wil je hier ook oefenen? Download het werkblad van de afbeelding hieronder!

Laat een reactie achter

Dit zijn de laatste berichten

De Inclusieve School
Ronald Heidanus

Inclusief onderwijs in 2035

Een long read om wat gedachten te ordenen.Want ooit schreef ik dat het er in 2021 wel zou zijn… Laatst was ik voor even terug

Lees meer »
Onderwijs
Ronald Heidanus

Dag van de leraar, een ode

LEES DIRECT HET ARTIKEL Wereldwijd is het vandaag de Dag van de Leraar!En voor iedere leraar die óók een pedagogisch oplaadpunt is (of wil -leren-

Lees meer »
De Inclusiepedagoog
Ronald Heidanus

De staan voor-week

Deze en de aankomende weken starten voor scholen in de verschillende weken het nieuwe schooljaar met een heuse ‘voorweek’. Dit is een voorbereidingsweek om jezelf

Lees meer »