Onder Druk(t)

Foto van Ronald Heidanus

Ronald Heidanus

Onder Druk(t)

Onderwijs is paradoxaal, in alle facetten. Ogenschijnlijke tegenstellingen worden dagelijks naar ons hoofd geslingerd. In de snelheid der dingen is er vaak niet eens de tijd om even stil te staan bij wat de tegenstelling ons eigenlijk wil ‘vertellen’. Toch heeft het direct invloed op ons handelen als onderwijsprofessional. Paradoxaal is ook de titel van een nieuwe documentaire over onderwijs: Onder druk(t)! Onder druk wordt iemand onderdrukt. En wat doet het met jouw ziel en jouw hart als ze onder druk wordt ingedrukt? Of wel, hoe kom jij onder deze druk uit? Kun je dat alleen, of heb je daar iets of iemand voor nodig?

Een school zou een oefenplek dienen te zijn! Of dat is in ieder geval zoals het in haar essentie ooit bedoeld is. Sterker, het woord ‘school’ is afgeleid van het Griekse ‘σχολή’, dat ‘vrije tijd’ zou moeten betekenen. Nu leven we in een tijdsframe waar concept ‘tijd’ cultuurgebonden is, en zelfs sterk samenhangt met het symbool ‘klok’. Er lijkt niet meer de ruimte genomen te kunnen worden om tijd als conventie te zien, als natuurverschijnsel of zelfs tijd te beschouwen als ‘alle tijd’. In ons versnelde, Nederlandse onderwijssysteem lijkt de roep om ‘te vertragen’ enorm!? Zo lijkt althans de maker van deze documentaire, naast de burn-outcijfers, de PISA-ranglijst, de schiet-/steekpartijen in scholen en andere negatieve onderwijsberichten in de media zoals werkdruk, loon en een lerarentekort, ons bewust te willen maken!?

Of het woord ‘vrij’ in ‘vrije tijd’. Wat is vrij? In Nederland hebben we een cultuur waarin ‘laat het mij zelf doen’, of dat wat als ‘autonomie’ wordt geconnoteerd, tot een belangrijke waarde verworden is. Zelfbepalend. Maar men vergeet dat er geen vrijheid bestaat zonder verantwoordelijkheid.

Onderwijs is dus paradoxaal. Ieder kind wil leren, maar of het ook wil leren wat jij als leraar wilt dat het leert!? Of is het wel de leraar die het kind iets wil leren? Wie heeft welke verantwoordelijkheid? Wie leert wat? Of heeft ‘de school’ voor jou al een antwoord: Een school kiest tenslotte een methode, waar methodemakers goed over hebben nagedacht hebben. Nagedacht over de doelen die terug te vinden zijn in en waarvan het curriculum uitgaat, meetbaar in de referentieniveaus. We weten dus wat kinderen moeten leren. Maar onder druk? Of met andere woorden, is de methode een middel of leidraad die inspireert en aanzet om verantwoordelijkheid te nemen, of is de methode verworden tot een doel op zich? Het moet af! Maar denk bijvoorbeeld eens aan de vmbo-basis jongeren en hun taalarme Nederlands- en wiskundemethodes. Wat communiceren we naar hen? Dat ze dom zijn, en zoals afgepeld in de documentaire ‘de elite (mavo-havo-vwo) niet kunnen begrijpen’? Hoe wordt de verantwoordelijkheid voor differentiatie inhoudelijk vormgegeven? Wat zijn hoge verwachtingen?

We kunnen dus niet in het brein van de ander kijken, maar we lijken er wel grip op te willen hebben. Of zoals in de documentaire naar voren komt: We zijn en leren ‘controlerend en volgend’ te zijn…

Als het ministerie van Onderwijs, of eigenlijk zo aan de vooravond van de verkiezingen álle politieke partijen, zou je het toch iedere leraar gunnen om in hun school tijdens iedere les, of tijdens ieder ander fenomeen zelf verantwoordelijkheid te kunnen nemen? Voor de vakdidactiek, de groepsdynamiek en de pedagogiek in wederkerigheid met kinderen of jongeren. Je zou het toch iedere leraar gunnen om te weten wat te doen, juist op díe momenten dat zij (even) niet weten wat te doen!?

Tijdens de documentaire komen onder andere Pasi Sahlberg, Jeff Drummen en Cecilia Carnefeldt aan het woord. Van de Finse onderwijssysteemadvocaat tot ‘onderwijsvernieuwers’ van progressieve schoolconcepten. Hun essentie komt neer op wat Max van Manen ooit in zijn boek Pedagogical Tact optekende als tactvol handelen. (Het boek is overigens ook in het Nederlands vertaald.) Want wat je ieder kind en jongere op haar beurt zou gunnen is een ontspannen, of om met de documentairetaal te spreken een ‘niet onder drukte’ leraar, die tactvol weet te handelen: persoonlijke groei stimuleert, het ontwikkelingsproces versterkt, de ruimte van een kind behoudt, wat uniek is verbetert, wat waardevol is beschermt, pijn voorkomt en emancipatoir ‘heel’ maakt wat gebroken is.

De school als een oefenplaats dus, waar pedagogiek en didactiek elkaar maximaal versterken, vanuit het verhaal van een kind/jongere en door tactvol te handelen. Maar iedere pedagoog en opvoeder weet dat ieder leren en opgevoed worden vraagt om eerst jezelf op te voeden en er eerst zelf meester in te worden. En met opvoeden in deze context wordt ‘emanciperen’ bedoeld, met kennis en ervaringskennis. Eerst zul je zelf volwassen in de wereld dienen te zijn, en tegelijkertijd het perspectief van het kind/de jongere kunnen blijven innemen. Met andere woorden, wanneer je vooringenomen al weet welk resultaat je handelen zou moeten gaan opleveren, dan ga je er ook naar denken en handelen. En over die grens liggen straffen, buitensluiten of er een slecht punt aan toekennen op de loer. Dit wordt schorsen en toetsen genoemd, maar zoals de documentaire aangezet als afrekenen. De documentaire laat ons iets vinden van onze Nederlandse vergelijkcultuur. Tegelijkertijd blijft het belangrijk om te weten waar de kiem ooit gelegd is en belangrijker: wat vind ik ervan en hoe ga ik van dit vinden verantwoordelijkheid nemen?

Van Manen wist al langer dat een fenomenologische kijk op onderwijs, school of leren onontbeerlijk is om collectief ‘ons onderwijs’ te emanciperen. Hij duidt in zijn opsomming dat relatie, competentie, autonomie en het verhaal van het kind/jongere kennen, het potentieel van een kind/jongere, kwetsbaarheid en democratiseren én het ondersteunen existentieel zijn om tot ontwikkeling te komen! Dat is nogal een taak en verantwoordelijkheid, en gaat niet zonder slag of stoot.

Voorkom pijn wordt in de documentaire expliciet getriggerd in de persoon van Fleur, een vastgelopen jongere binnen het VWO. Maar pijn begint al klein, in wat bijvoorbeeld de leraar communiceert. Ooit kwam onze jongste zoon thuis. Hij voelde zich ‘gekleineerd’ en ‘onrechtvaardig’ behandeld. Wij als ouders waren trots op zijn woordenschat, maar door de woede en tranen heen verstonden we zijn pijn: “De docent Engels zei dat ik het laagste cijfer van alle mavo2-klassen had: een 4!?” Het cijfer boeide hem niet en mogelijk daardoor nog steeds niet, want hij zal toch wel een laag cijfer halen. De wil om te leren, zoals ook benoemd in de documentaire, was gedoofd. Wat hem raakte was dat de docent hem ten overstaande van alle medeleerlingen hem zo te kakken zette! Misschien dat hij in het moment scherp had kunnen reageren en delen dat deze ‘pants off’ hem raakte, maar wij mogen er als ouders toch vanuit gaan dat er een relatie wordt opgebouwd!? Dat je nadenkt als volwassene wat je tegen een kind zegt. Je begrijpt dat de relatie (dat wat Van Manen niet voor niets vooraan zet) nooit meer is hersteld… Dus je kunt van Fleur en haar verhaal vinden wat je vindt, maar ik begrijp haar wel. Onze zoon moeten wij leren wapenen voor leraarcommunicatie en tegelijkertijd beschermen voor de belemmerende overtuigingen over zichzelf die door de ander is geprojecteerd.

Relaties, dat lijkt het thema van de eerste aflevering van de online documentaire van Onder Druk(t). Relaties tussen mensen, maar ook het (diep) begrijpen van relaties waarop ons onderwijssysteem is gefundeerd. Eén van de geïnterviewden zei dat in deze eenentwintigste eeuw misschien wel ‘het recht van het kind’ centraal zou moeten staan. Ik verwijs dan toch even terug naar bijvoorbeeld een congres in Denemarken op 1 augustus 1937, waar Maria Montessori sprak over ‘Opvoeding tot vrede’ en opriep tot een ‘Sociale partij van het Kind’. Die partij zou zich ten doel moeten stellen: De waardigheid van het Kind en de jeugd te doen kennen, en hun maatschappelijke plaats te verzekeren, die voortschrijdende ontwikkeling van onze tijd eist. Of, waar op datzelfde congres de Zweedse critica en pedagoog Ellen Key sprak, schrijver van het boek ‘De eeuw van het kind’ waarin zij al schreef over ‘de zielemoorden in de scholen’.

Kritiek op onderwijssystemen is van alle jaren en zelfs eeuwen, in Nederland maar ook in de rest van de wereld. Dat onmacht, opstand en de drang naar revolutie voortkomt uit externe attributie, polarisatie en niet vanuit verantwoordelijkheid, duidt Ellen Key treffend: “Wien de taak werd gesteld een oerwoud met een pennemes te vellen, zou waarschijnlijk dezelfde vertwijfeling-wekkende onmacht voelen, die den ijveraar voor de hervorming van het tegenwoordige schoolsysteem vervult – dit ondoordringbare kreupelhout van dwaasheid, vooroordelen en misgrepen, waar op ieder punt de aanval gericht kan worden, maar iedere aanval met de voorhanden zijnde middelen vruchteloos blijft.” Deze zin raakt de kern van wat de documentaire lijkt te willen bewerkstelligen. Een documentaire vol wat ‘niet werkt’ en wat ogenschijnlijk ‘wel werkt’, of althans waar de geïnterviewden iets van vinden. Verder hieronder een vrij vertaalde samenvatting.

‘Durf te vertragen en versta het verhaal van het kind/jongere’ zou een passende ondertitel zijn voor deze eerste aflevering. Want de lijst met wat wel zou moeten werken is langer dan die bij wat niet werkt. Het vraagt dus ruimte maken om gedegen, onderbouwd (tegenwoordig noemen we dat evidence informed) en afgestemd samen als collectief een onderwijssysteem te leren bouwen die toekomstbestendig is. Een onderwijssysteem waar geen discussie over is, en ieder mens kan groeien! Een onderwijssysteem waar iedereen ‘bij de groep hoort’, iedereen leert democratiseren en leert omgaan met elkaar ongeacht afkomst of verschil van mening. Een onderwijssysteem waar afkomst, of noem het ‘jouw verhaal’ het kompas is waarop onderwijsprofessionals kunnen varen en waar eenheid in diversiteit leidend is. Een onderwijssysteem waar onderwijs ook écht over onderwijs gaat, niet over thuisopvoeding, therapie of zorg! Een onderwijssysteem dat de regie voor de brede ontwikkeling van kinderen en jongeren terugpakt. Een onderwijssysteem dat onder de hedendaagse (tijds-, prestatie-, opleg- en kopieer-) druk uit, drukt op wat kwalitatief goed is én tegelijkertijd vormend is. De documentaire geeft je een indruk wat mogelijk zou kunnen zijn, maar we zijn het er nog niet helemaal over eens hoe dit wordt uitgedrukt. Wordt vervolgd.

Laat een reactie achter

Dit zijn de laatste berichten

De Inclusieve School
Ronald Heidanus

Inclusief onderwijs in 2035

Een long read om wat gedachten te ordenen.Want ooit schreef ik dat het er in 2021 wel zou zijn… Laatst was ik voor even terug

Lees meer »
Onderwijs
Ronald Heidanus

Dag van de leraar, een ode

LEES DIRECT HET ARTIKEL Wereldwijd is het vandaag de Dag van de Leraar!En voor iedere leraar die óók een pedagogisch oplaadpunt is (of wil -leren-

Lees meer »
De Inclusiepedagoog
Ronald Heidanus

De staan voor-week

Deze en de aankomende weken starten voor scholen in de verschillende weken het nieuwe schooljaar met een heuse ‘voorweek’. Dit is een voorbereidingsweek om jezelf

Lees meer »